Bijbelverzen: Mattheüs 8 vers 8; Mattheüs 27 vers 54; Handelingen 10 vers 22; Handelingen 22 vers 25,26; Handelingen 24 vers 23,27
In de evangeliën en de Handelingen van de apostelen lezen we over zes Romeinse hoofdmannen die in contact kwamen met dienaren van God of de Heer Jezus Zelf1. Dit waren centurions die elk het bevel voerden over een divisie van 100 man (1/60 van een legioen) in het Romeinse leger. We zijn er vrij zeker van, dat we sommigen van hen in de hemel zullen terugzien. Maar van alle zes kunnen we zeggen, dat ze heel ruimdenkend en vriendelijk waren voor de zaak van God. Is het niet dankzij de genade van God, dat deze heidense hoofdmannen de Redder van zondaren mochten leren kennen? De eeuwigheid zal ooit laten zien hoeveel van hen de Heer Jezus als hun persoonlijke Heer en Heiland hebben aangenomen.
De hoofdman wiens knecht ziek was
“De hoofdman echter antwoordde en zei: Heer, ik ben niet belangrijk genoeg dat U onder mijn dak binnenkomt, maar spreek slechts met een woord en mijn knecht zal gezond worden” (Matth. 8:8; verg. Luk. 7:6).
De eerste hoofdman die we in de evangeliën tegenkomen, werd gekenmerkt door een groot geloof. Zijn geloof rekende er vast op, dat de Heer Jezus in staat zou zijn om zijn doodzieke knecht met één woord te genezen, zonder zelfs maar onder zijn dak te komen. De Heiland stelde het geloof van de hoofdman niet teleur: de knecht werd nog datzelfde uur genezen.
Les voor ons:
Zoals de Heer Jezus destijds het geloof van deze Romeinse hoofdman beloonde en zijn knecht weer gezond maakte, zo wil Hij ook vandaag ons geloof belonen als we vast op Hem rekenen. Vertrouwen we erop, dat Hij ons helpen kan? En dat geen ding te groot of te klein voor Hem is?
De hoofdman die Jezus aan het kruis bewaakte
“Toen nu de hoofdman en zij die met hem Jezus bewaakten, de aardbeving zagen en de dingen die waren gebeurd, werden zij zeer bang en zeiden: “Waarlijk, Deze was Gods Zoon!” (Matth. 27:54; verg. Mark. 15:39; Luk. 23:47).
De hoofdman die Jezus aan het kruis bewaakte, had in zijn leven zeker al menig kruisiging meegemaakt. Maar wat hij bij de kruisiging van de Heer Jezus zag en hoorde, had hij nog nooit eerder meegemaakt. Diep onder de indruk van de woorden en het gedrag van de Heiland en de omstandigheden rond de kruisiging, riep hij uit: “Waarlijk, Deze was Gods Zoon!” En: “Werkelijk, deze mens was rechtvaardig.”
Les voor ons:
De hoofdman die Jezus aan het kruis bewaakte, herkende iets van de grootheid en heerlijkheid van de lijdende en stervende Heiland. Hoe zit het met ons? Zijn wij (nog steeds) onder de indruk van de Persoon Die voor ons leed en stierf aan het kruis? Kennen we Hem als onze persoonlijke Heer en Heiland?
De hoofdman Cornelius
“En zij zeiden: Cornelius, een hoofdman, een rechtvaardig man die God vreest, en die een [goed] getuigenis heeft van het hele volk der Joden, heeft een Goddelijke aanwijzing door een heilige engel ontvangen dat hij u moest uitnodigen in zijn huis en van u woorden horen” (Hand. 10:22; verg. Hand. 10:1,2).
De Schrift bericht, dat de hoofdman Cornelius, die in Caesaréa woonde, een goed getuigenis had van de hele Joodse bevolking, ook al behoorde hij tot de Romeinse bezettingsmacht. We nemen aan, dat hij een gelovige was, want hij wordt beschreven als rechtvaardig en iemand die God vreest. Toen Petrus door God werd gebruikt om de deur naar het koninkrijk van de hemel te openen voor de volken, waren Cornelius en degenen die in zijn huis waren verzameld de eerste heidenen die werden toegevoegd aan de gemeente van de levende God (vs. 44; verg. Matth. 16:19).
Les voor ons:
De Heilige Geest geeft de hoofdman Cornelius een goed getuigenis: Hij was rechtvaardig en vreesde God en had een goed getuigenis van zijn medemensen. Zou de Heilige Geest hetzelfde over ons kunnen schrijven? Zijn wij als gelovigen bedacht op wat eervol is voor God en de mensen (verg. Rom. 12:17; 2 Kor. 8:21)?
De hoofdman die Paulus zou geselen na zijn arrestatie
“Toen zij hem echter voor de zwepen2 uitrekten, zei Paulus tot de hoofdman die [erbij] stond: Is het u ook geoorloofd een Romein, en dat onveroordeeld, te geselen? Toen nu de hoofdman dit hoorde, ging hij naar de overste en berichtte het aldus: Wat gaat u doen? Want deze man is een Romein” (Hand. 22:25,26).
Nadat de toespraak van Paulus tot het volk een oproer veroorzaakte voor de tempel in Jeruzalem en de woedende mensen op het punt stonden Paulus te doden, werd hij door Romeinse soldaten meegenomen naar de legerplaats om meer over hem te weten te komen door hem te geselen. Maar toen de hoofdman hoorde, dat Paulus een Romein was, hield hij onmiddellijk op en meldde dit aan zijn overste, die Paulus vervolgens vrijliet en van plan was om hem voor de Joodse Raad te brengen.
Les voor ons:
Hier zien we een hoofdman die – zo lijkt het – precies wist wat zijn verantwoordelijkheidsgebied was en daar niet buiten wilde gaan. Toen hij vernam, dat Paulus een Romein was, meldde hij dat onmiddellijk aan zijn meerdere. Hoe zit het met ons? Kennen wij de maat van het arbeidsterrein, dat de God van de maat ons heeft toegewezen (2 Kor. 10:13)? Zijn wij tevreden met de taken die de Heer ons heeft toevertrouwd?
De hoofdman die Paulus bewaakte op bevel van de stadhouder
“En hij beval de hoofdman hem in bewaring te houden en [hem] enige vrijheid te laten en niemand van de zijnen te verhinderen hem te dienen” (Hand. 24:23).
Terwijl de stadhouder Felix wachtte op de komst van overste Lysias om over de zaak van Paulus te beslissen, beval hij een Romeinse hoofdman om hem te bewaken. Deze moest Paulus aflossen en de zijnen hem laten dienen. God leidde deze hoofdman tot nauw contact met Paulus gedurende deze korte tijd – het waren maar een paar dagen – die hem ongetwijfeld vertrouwd maakte met het evangelie van de genade van God.
Les voor ons:
Paulus was slechts korte tijd onder toezicht van deze hoofdman. God gebruikte deze hoofdman in Zijn goedheid om de omstandigheden in de gevangenis van Paulus te verlichten en bezoek toe te staan. Kan God ons ook gebruiken om de Zijnen te helpen en hen zowel buiten als binnen te dienen?
De hoofdman Julius, die Paulus vergezelde op zijn reis naar Rome
“Toen nu was besloten dat wij naar Italië zouden afvaren, leverde men Paulus en enige andere gevangenen over aan een hoofdman, genaamd Julius, van [de] keizerlijke legerafdeling” (Hand. 27:1; verg. vs. 6,11,31,43).
Voor de reis naar Rome werden Paulus en enkele andere gevangenen onder de hoede gesteld van een hoofdman genaamd Julius. Hoewel Julius – hoewel hij Paulus welgezind was – aanvankelijk meer geloof hechtte aan de woorden van zijn bemanning dan aan de woorden van Paulus, zien we later dat hij naar de woorden van Paulus luisterde (vs. 3,11,31,43). Hij had zeker blijvende herinneringen aan deze bewogen reis. Het is te hopen, dat de woorden en het gedrag van Paulus tijdens deze reis ook een diepe indruk op zijn hart achterlieten en hem tot een levend geloof in de Heer Jezus brachten.
Les voor ons:
Tijdens deze reis leerde de centurio Julius dat het welzijn van de bemanning afhing van hun gehoorzaamheid aan de woorden van Paulus. Als hij vanaf het begin naar Paulus had geluisterd, zouden hem en de bemanning zeker veel dingen bespaard zijn gebleven (vgl. vs. 21). Hoe zit het met ons? Luisteren wij naar wat de Heilige Geest door Paulus zegt?
Samenvatting
In het Nieuwe Testament komen we zes Romeinse hoofdmannen tegen. De Heilige Geest heeft korte fragmenten uit hun levens voor altijd vastgelegd in het Woord van God. Daarbij stellen wij vast, dat dit meestal momenten waren waarop ze ofwel de Heer Jezus Zelf ofwel Zijn dienaar Paulus ontmoetten. De eeuwigheid zal uitwijzen of alle zes hoofdmannen deze speciale momenten gebruikten voor de redding van hun zielen. Moge niemand van ons vandaag zulke momenten van ontmoeting met de Heiland van zondaren ongebruikt voorbij laten gaan!
Daniel Melui; © www.bibelstudium.de
Online in het Duits sinds 28.02.2019
Geplaatst in: Christendom, Geloof
© Frisse Wateren, FW