Het Johannes-evangelie (10b)
Vervolg bijbelgedeelte: Johannes 3 vers 11-21 “En niemand is opgevaren in de hemel, dan Hij die uit de hemel is neergedaald, de Zoon des mensen <die in de hemel is>” (vs. 13) Zijn Henoch en Elia niet ook opgevaren naar de hemel? Wel, zij werden levend opgenomen, maar er zijn nog steeds grote verschillen met wat hier over de Heer Jezus wordt gezegd. Henoch werd opgenomen (Hebr. 11:5), en Elia werd weggenomen van Elisa (2 Kon. 2:10), beiden handelden...
Het Johannes-evangelie (09b)
Vervolg bijbelgedeelte: Johannes 2 vers 23 tot 3 vers 10 “Jezus antwoordde en zei tot hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: tenzij iemand opnieuw1 geboren wordt, kan hij het koninkrijk van God niet zien” (vs. 3). De Heer Jezus reageert op de erkenning van Nicodémus met geen enkel woord. Schijnbaar zonder enig verband spreekt Hij rechtstreeks over de noodzaak van de nieuwe geboorte. Wat heeft Zijn antwoord te maken met de opmerking van Nicodémus? Het onderwijs van de Heer Jezus...
Als een bloem van het gras
1 Petrus 1 vers 24 Inleiding De woorden in 1 Petrus 1 vers 24 zijn een citaat uit Jesaja 40 vers 6-8, waarvan de volledige tekst luidt als volgt: “Alle vlees is gras en al zijn goedertierenheid als een bloem op het veld. Het gras verdort, de bloem valt af, als de Geest van de HEERE erover blaast. Voorwaar, het volk is gras. Het gras verdort, de bloem valt af, maar het Woord van onze God bestaat voor eeuwig”. Hier...
Johannes 3 vers 3
“Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: tenzij iemand opnieuw1 geboren wordt, kan hij het koninkrijk van God niet zien”. “Voorwaar voorwaar”: de nieuwe geboorte Nicodémus ging ’s nachts naar de Heer Jezus. Hij wilde niet dat zijn mede-Farizeeën hem zouden zien praten met de man uit Galiléa. En toch noemde hij Hem “Rabbi”, Hem eer betuigend als een leraar die van God kwam en zei dat God met Hem was. Dit was goed voor zover het ging, maar hij moest verder gaan...
De lente … ook in je ziel!
En er was een mens uit de Farizeeën; zijn naam was Nicodémus, een leider van de Joden. Johannes 3:1 Aan het eind van Johannes 2 lezen we dat velen Hem geloofden. Er staat echter ook: “Maar Jezus Zelf vertrouwde Zich aan hen niet toe, omdat Hij allen kende … want Hij wist Zelf wat in de mens was”. Als we dan met deze woorden in ons achterhoofd kijken naar het begin van hoofdstuk 3, moeten die eerste woorden wel belangrijk...
Opdat zij één zijn (6)
Deel 2 Hoofdstuk zes “Maar de tijd komt en is nu, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid, want de Vader zoekt wie Hem zo aanbidden” (Joh. 4:23). “Want het Woord van God is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard, en het dringt door tot op de scheiding van ziel en geest ..”. (Hebr. 4:12). We hebben gezien dat het onderwijs en de werken van de Here Jezus alles te maken hebben...