Heerlijkheden van Jezus Christus het Lam van God
De persoon van de Heer Jezus bevat ontelbare heerlijkheden die we als mensen slechts gedeeltelijk aanschouwen en bewonderen kunnen. In het Nieuwe Testament zijn er drie afzonderlijke gedeelten hierover: Johannes 1, Kolosse 1 en Hebreeën 1. Natuurlijk vinden we ook in vele andere passages van het Nieuwe Testament, in het bijzonder in de evangeliën, waarin de persoon van onze Heiland voorgesteld wordt. We vinden in de drie genoemde hoofdstukken, wel heel veel van zijn titels. Eén ervan is dat Hij het ”Lam van God” is (Joh. 1:29).
“Ik was als een argeloos lam dat ter slachting wordt geleid”
Jeremia 12 vers 19
“Zie het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt! … Zie het Lam van God” (Joh. 1:29, 36). – Als een mens iemand wil onderscheiden, kiest hij meestal uitstekend en unieke eigenschappen, die hij onder een bijzondere titel samenvat. God doet dat ook, als hij Zijn zoon voor onze ogen groot maken wil. Hij is de Zoon van God, de Heer, de Schepper van het heelal, de Rechter van alle mensen.
Soms echter kiest God een naam, die op het eerste gezicht niets groots vermoeden doet, niet iets wat overweldigend of indrukwekkend is. Zo Hij noemt Hij de Heer Jezus het Lam van God. Deze naam wordt figuurlijk figuurlijk gebruikt. Hij zal ons op bepaalde kenmerken wijzen, die Jezus Christus tijdens Zijn leven hier op aarde kenmerkten – en die we ook later in Hem bewonderen zullen. Aan de titel Lam, kunnen wij twee belangrijke kenmerken verbinden: lijden en vrijwillige onderwerping.
Het lam was een bekend ‘offerdier’ in Israël. Abel al, de eerste ontslapen gelovige, bracht van zijn kudde een dier om aan God te offeren (Gen. 4:4). Daarna werd bij het zogenaamde Pascha (Ex. 12) door God geëist, dat er een lam werd gedood en op een vuur gebraden zou worden. Het vuur herinnert ons eraan, dat de Heer Jezus op het kruis van Golgotha het oordeel van God voor onze zonden gedragen heeft. Het spreekt dan ook van het onuitsprekelijke lijden dat de Heer Jezus op zich genomen heeft.
In Jesaja 53 vers 7 lezen we, eveneens van toepassing op de Heer Jezus: “Toen betaling geëist werd, werd Híj verdrukt {“Hij werd mishandeld”, volgens de Duitse Elberfelder Vertaling, volgens de Nederlandse NBG en de NBV; Willibrord heeft ‘gefolterd’}, maar Hij deed Zijn mond niet open. Als een lam werd Hij ter slachting geleid; als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed Hij Zijn mond niet open”. Dit vers vertelt ons dat de Heer Jezus zich vrijwillig heeft onderworpen aan de wil van God en het kruis heeft verdragen.
Johannes de Doper noemt in Johannes 1 echter nog een andere kant van het Lam: Door Zijn werk aan het kruis neemt de Heer Jezus “de zonde van de wereld” weg. Dit toont ons dat Zijn offer een blijvend werking heeft, dat op de hele aarde betrekking heeft. De zonde, die vandaag nog steeds overal vast te stellen is, zal in de toekomstige eeuwigheid geen plaats meer hebben. Al in het 1000-jarige rijk zal gerechtigheid – en niet langer de zonde – heersen (Jes. 32:1). Waarom is dit mogelijk? Omdat het bloed van onze Redder ter verzoening van de zonden aan het kruis van Golgotha vergoten is (Joh. 19:34).
Het zou geweldig zijn, wanneer we niet eenvoudig erbij stil bleven staan, het werk van het Lam van God voor ons te zien. Bij Johannes de Doper in Johannes 1 zien we, dat hij plotseling niet meer van de zonde van de wereld spreekt, maar alleen nog van het Lam van God (vs. 36). De overgave van dit Lam, Zijn heerlijkheid in het lijden, zijn toewijding aan God, is zo bewonderenswaardig dat wij uitroepen: “Het Lam Dat geslacht is, is het waard om de kracht te ontvangen, en rijkdom, wijsheid, sterkte, eer, heerlijkheid en dankzegging” (Openb. 5:12).
En in de toekomst, wanneer wij bij de Heer Jezus in de hemel zullen zijn, zal Hij als het Lam “als geslacht” (Openb. 5:6) voor ons staan. Zo mogen we Hem zien – onmiddellijk vóór ons – en Hem aanbidden.
© Folge mir nach, Manuel Seibel
Geplaatst in: Geloof
© Frisse Wateren, FW