16 jaar geleden

Engelen in actie …

25 december 2008. De ‘come back’ van de engelen is vandaag heel duidelijk te bespeuren. Zij zijn weer helemaal terug van weggeweest. Dit past ook helemaal in de “reli-rivival”, het zogenaamde “religieuze herstel”. Je mag vandaag weer over God praten in Nederland. Zelfs in de media. Maar … spreek niet over de Heer Jezus Christus en helemaal niet dat Hij de enige Weg is tot redding van verloren zondaars. Dit past niet in ‘reli-rivival’! Dat was toen … heel lang geleden, daar spreek je nu niet meer over. Wel, ik moet u zeggen dat de apostel Paulus nergens anders over kan en wil spreken. “Want ik had mij voorgenomen niets onder u te weten dan Jezus Christus, en Die gekruisigd”, zo zegt hij. Daarom sluit ik mij daar ook graag bij aan, want het woord van God is wijzer dan alle woorden in het verleden, heden en in de toekomst van alle mensen. In het woord van God ligt kracht! De media meldt ook dat engelen niet langer meer het domein van de christelijke kerk zijn maar zijn nu ook toegankelijk voor de “reli-tovenaars” van nu. Er zijn spirituele coaches die zelfs binnen bedrijven opereren in de speciaal daarvoor ingerichte meditatieruimtes. ‘Engelenreadings’ op beurzen bevestigen deze trend. Moderne kunstenaars doen flink hun best door deze bovenaardse wezens een modern, vooral seksueel prikkelend – uiterlijk te geven. In Nederland neemt de “spiritualiteit” steeds meer toe. Religieus zijn mag dus weer. Engelen worden hevig gepromoot. Er waren onlangs zelfs engelen-dagen in de Amsterdamse Rai. Ja, de engelen doen het goed in onze tijd. Maar wat heeft dat met de engelen te maken uit de bijbel? … En … wat deden de engelen in de tijd van de geboorte van de Schepper van het heelal? …

In de boodschap van de geboorte van Jezus Christus komen de engelen dus ook voor. Maar wat zijn engelen eigenlijk volgens de bijbel? Waarom moet de bijbel daar nu uitsluitsel over geven? Wel, om de eenvoudige reden dat engelen dienende geesten van God zijn en de bijbel is het Boek van God, het Woord van God. En God Zelf weet het beste hoe deze engelen eruit zien, wat zij doen en waartoe zij geschapen zijn. God zei van de engelen: “En van de engelen zegt Hij wel: ‘Die Zijn engelen tot geesten maakt en Zijn dienaars tot een vuurvlam’ …”; vervolgens ook: “Zijn zij niet allen dienende geesten, die tot dienst uitgezonden worden ter wille van hen die [de] behoudenis zullen beërven” (Hebreeën 1:7,14). Het zijn dus dienaars van God. Hij zendt hen uit en geeft hen de opdrachten. We zien ook dat zij vooral hen die behouden worden, zullen dienen. Als u meer wilt weten over engelen, raad ik u aan om het artikel over engelen te lezen getiteld: “De engelen”.

Maar het gaat mij helemaal niet om iets spiritueels maar om iets concreets, en wel het volgende. Een engel bezocht de herders in Bethlehem. Zij verbleven buiten in het veld. Daar lag echt geen sneeuw hoor. Nee, dat is een verkeerde voorstelling. De engel werd omschenen door de heerlijkheid van de Heer.

Wat kwam die engel doen? Hij had een geweldige boodschap van God. “U is heden een Heiland geboren”. Een heerlijker boodschap kun je je niet indenken. Een Heiland!!! God Zelf daalde af in Bethlehem en nam vlees en bloed aan. Hij werd Mens. Waarom? Omdat Hij deze wereld zo lief had. Omdat Hij niet wilde dat één mens verloren zou gaan. Daarom werd Hij mens om als mens te kunnen sterven op Golgotha. Om daar op Golgotha uw en mijn zonden te kunnen dragen in Zijn lichaam op het vloekhout (zie 1 Petrus 2:24). Als Hij alleen maar op aarde gekomen was en daarna teruggekeerd was zonder te sterven voor uw en mijn zonden, dan waren wij voor eeuwig verloren gegaan. De “ware tarwekorrel” – onze Heer en Heiland – moest in de aarde vallen om vruchten te kunnen zien (zie Johannes 12:24). Zoals er geen plaats was in de herberg (Lukas 2:7), zo was er ook geen plaats voor Hem toen Hij hier op aarde rondwandelde. De vogels van de hemel hebben nesten, de vossen hebben holen, maar Hij, onze Heer en Heiland, had geen plaats om Zijn hoofd neer te leggen (Mattheüs 8:20). De enige plaats die wij als verloren schepselen voor Hem hadden hier op aarde, was het kruis van Golgotha. Wonderlijk genoeg was dat nu juist de weg waarlangs Hij voor ons een plaats verwierf in de hemel. Je kunt Bethlehem eigenlijk niet los zien van Golgotha.

Maar wat zei die engel ook al weer? “Vreest niet”! Hij sprak dit in een voor de herders duidelijk verstaanbare taal. Wat kostbaar voor onze zielen. Zij hoefden niet bang te zijn voor de engel en zijn boodschap. Integendeel! De Heer stuurde deze engel met een geweldige boodschap die nu nog steeds klinkt: “Vreest niet, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor het hele volk wezen zal; want u is heden een Heiland geboren, die Christus, [de] Heer, is, in de stad van David” (Lukas 2:10).

Blijdschap

“Want … zie, ik verkondig u grote blijdschap”. Dit is het eerste punt. Grote blijdschap voor het hele volk. Waarom? Omdat “u is heden een Heiland geboren”. Daar gaat het om. Kennen wij deze blijdschap ook? Nu is de engel niet bij ons op bezoek geweest. Dat hoeft ook niet want dat is toen al gebeurd. Het gaat ook niet om het spektaculaire van de verschijning van een engel. Daar kunnen de media zich over opwinden en uitvergroten over de gehele aarde. De huidige theologen kunnen zich daar misschien heel druk om maken en kunnen het waarschijnlijk wetenschappelijk ook niet plaatsen. Maar dáár hebben wij geen boodschap aan. Nee, het gaat om de boodschap die de engel verkondigde. En die boodschap is de geboorte van een “Heiland”. Dat is iemand die “heil” aanbrengt. En dat heeft Jezus Christus gedaan. Immers de genade van God is in de persoon van Jezus Christus verschenen, heilbrengend voor alle mensen (zie: Titus 2:11). Het heil van God strekt zich uit tot alle mensen. Helaas strekken niet alle mensen zich uit tot dit heil, tot Hem – Jezus Christus – die alle heil heeft aangebracht. Dezen zullen voor eeuwig verloren gaan als zij zich niet tot Jezus Christus wenden en erkennen dat zij dit heil – behoudenis – zo nodig hebben vanwege hun zonden. Heb jij dit al gedaan? Heb jij je handen al naar dit heil uitgestrekt? Heb jij al gezegd: Ik neem u aan als mijn Heer en Heiland en ik dank U voor Uw komst en voor Uw offer, dat u voor mij vanwege mijn zonden hebt gebracht op Golgotha? Ja, Jezus Christus is de oorzaal van ons eeuwig heil als wij Hem geloven (zie: Hebreeën 5:9).

Een menigte engelen en zeiden iets …

Maar die engel met zijn geweldige boodschap bleef niet alleen. Er was plotseling een hele schare engelen bij die ene engel. Wat deden zij daar? Nu, de hemel kon zich niet inhouden bij zo’n geweldige boodschap en deze engelen deden wat wij ook eens meer zouden moeten doen. En dan niet alleen met de Kerstdagen. – Overigens, tussen haakjes: de Kerstdagen zijn nooit door God ingesteld. Dit is een door mensen bedacht systeem. Tot in de 3e eeuw is in de Christelijke kerk hierover nooit iets gehoord. Dit begon pas ver in de 4e eeuw vorm aan te nemen. Het werd afgeleid van een heidense feestdag, namelijk het Chaldeeuwse en Babylonische feest ter ere van de geboorte van de zoon van de ‘Koningin des hemels’: de godin Astarte. Dit werd gevierd op 24 of 25 december. Het was de Roomskatholieke kerk die heidens feesten overnam en daaraan christelijke namen gaf. Hierop ga ik nu hier niet verder in maar het geeft wel aan hoe voorzichtig wij met dit soort verschijnselen moeten omgaan. Zeker moeten wij niet heidense ceremoniën en feestelijkheden overnemen en daaraan de kostbare Naam van onze Heer en Heiland verbinden1 -.

De engelen gingen doen wat Gods Woord in Hebreeën 1:6 zegt: “En ook, als Hij de Eerstgeborene inbrengt in de wereld, zegt Hij: ‘En laten alle engelen Gods Hem aanbidden”. Iemand schreef hierover:

<<De uitdrukking “Eerstgeborene” is hoogst merkwaardig. Dat wij hierbij niet aan tijd, maar aan rang te denken hebben, spreekt vanzelf, gelijk zulks duidelijk blijkt uit Psalm 89:28, waar van Salomo, en als profetie van Davids grote Zoon, onze Heer Jezus Christus, gezegd wordt: “Ik zal hem tot een eerstgeboren Zoon stellen, tot een hoogste over de koningen der aarde”. In Kolosse 1:15 zegt Paulus, dat de Zoon van Gods liefde de ‘eerstgeborene is van de ganse schepping’, omdat door Hem alle dingen geschapen zijn. Ook wordt onze Heer genoemd ‘de eerstgeborene uit de doden’ (Kol. 1:18; Openb. 1:5), omdat Hij zowel onder de broeders als in het ganse heelal de eerste plaats inneemt. God nu – zo leert ons Paulus hier – bracht de eerstgeborene, die de volstrekte uitdrukking is van Gods rechten en heerlijkheid, in deze wereld; en stelt Hem niet slechts tot hoofd van Zijn volk op deze aarde als Davids Zoon; niet slechts als Zoon van God op aarde, als zodanig erkend volgens de tweede Psalm; maar als de Eerstgeborene, als het Hoofd van het ganse heelal, zodat de meest verheven creaturen, die het dichtst bij God zijn, de heilige engelen, de instrumenten van Gods macht en opperbestuur, de Zoon in deze Zijn waardigheid moeten aanbidden.

Maar deze aanbidding zou geheel ongepast, ja, ongeoorloofd zijn, indien de heerlijkheid, welke de Christus bezit, hem niet persoonlijk eigen was en een noodwendig gevolg van Zijn Goddelijke natuur. Daarom wordt door de aanhalingen uit de Psalmen aangetoond, dat God de Messias als God erkent, en zulks niet slechts in de gewone zin, zoals de rechters en overheden in Israël, als Gods vertegenwoordigers op aarde, goden genoemd worden; maar in de geheel enige zin van het woord, als de Jehovah van het Oude Verbond, de eeuwig blijvende en onveranderlijke.>>

Vrede op aarde

Nogmaals, wat deden die engelen daar in de velden bij de herders? Zij zongen niet hoor. Dat staat er niet. “Zij zeiden”. Dat is iets anders. Er is verschil tussen zeggen en zingen. Maar wat zeiden de engelen? “Ere zij God in de hoogste [hemelen], en vrede op aarde, in mensen een welbehagen”. Ja, zij gaven God de eer. Waarvoor? Omdat de Heiland der wereld geboren was. Dat hadden de engelen gezien en konden niet anders dan God daarvoor de eer te geven. God zond Hem immers in de wereld. En wel uit liefde tot u en mij. “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft” (Johannes 3:16). De engelen zagen Hem. De bijbel zegt dat ook zo: “… God is geopenbaard in het vlees, gerechtvaardigd in de Geest, gezien door de engelen, gepredikt onder de volken, geloofd in de wereld, opgenomen in de heerlijkheid” (1 Timotheüs 3:16). De engelen ontvouwden Gods lof, ondanks het feit dat voor Hem hier geen plaats was. Hij werd niet als de “koning” ontvangen. Integendeel. Hij werd direct na zijn geboorte naar het leven gestaan door koning Herodes.

Eén van de dingen die de engelen zeiden was: “vrede op aarde”. Daarbij doelden zij op de Heiland die geboren was in de stad van David. Hij is ook de “Vredevorst” (Jesaja 9:5). De ene engel brengt de geweldige boodschap en de engelen als geheel brengen daar de betekenis naar voren van deze unieke gebeurtenis. Deze “heerser over Israël” (Micha 5:1) werd geboren in Bethlehem. Wanneer Hij komt op aarde en het duizendjarig rijk aangebroken is, zal dat een rijk van vrede zijn; maar ook van gerechtigheid (zie o.a. Openbaring 20:4-6). Deze twee elementen missen wij vandaag ook zo in onze wereld, vrede en gerechtigheid. Dat komt omdat de zonde de mens zover bracht, dat hij Christus afwees, en zei: “Weg met Hem” (Lukas 23:18), en: “wij willen niet dat deze koning over ons is” (Lukas 19:14), en: “wij hebben geen koning dan de keizer” (Johannes 19:15). Daarmee is ware vrede en gerechtigheid van de hand gewezen. Vrede op aarde is dus nu nog niet aan de orde. Dat komt nog wanneer de Heer Jezus is teruggekeerd en Zijn Vrederijk aangebroken is. Dat zal een heel bijzondere tijd zijn, ook in de schepping (zie o.a. Jesaja 11; Micha 4:1-7). Wel heeft de Heer Jezus “vrede aan gebracht door het bloed van Zijn kruis” (Kolosse 1:20) en is er voor een ieder die gelooft “vrede met God” (Romeinen 5:1). Zij die vrede met God hebben – die “nabij gebracht zijn door het bloed van Christus” en weten “Hij is onze vrede” (zie Efeze 2:12-14) zijn ook in staat om ‘vrede te maken’ in hun omgeving doordat zij wandelen door de Geest. De vrucht van de Geest is immers onder andere “vrede”. Dit is het derde onderdeel van de negenvoudige vrucht van de Geest (zie Galaten 5:22).

In mensen een welbehagen

God heeft in Christus een ‘welbehagen’ in mensen. Dat is volkomen duidelijk. Maar wij kunnen ons dat maar moeilijk voorstellen als we weten dat “de mens dood is in msdaden en zonden” (Efeze 2:1) en van nature ‘God haatten en Zijn vijanden waren’ (zie o.a. Romeinen 5:10 en ook vers 6-9). Toch wil Hij niet dat er één mens verloren gaat (1 Timotheüs 2:4; 2 Petrus 3:9). Hebt u daar wel eens over nagedacht? Wat een geweldige liefde en ontferming van God. Om dit te kunnen bereiken zond God Zijn eigen Zoon om het werk van de verzoening te kunnen volbrengen. Daartoe werd Hij geboren in een voederbak in Bethlehem. Daartoe ging Hij op naar Jeruzalem en daartoe ging Hij naar Golgotha. U ziet ook hier weer dat Bethlehem niet los gemaakt kan worden van Golgotha. “God was in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende” (2 Korinthe 5:19). Wat een liefde en wat een genade!

De herders

Bedenk bij dit alles ook dat het hier geen uitgelezen gezelschap was uit de theologische orde van die tijd. Nee, het waren de herders die in het open veld – het was dus beslist geen winter – van Bethlehem op hun schapen pasten in de nacht. Niet aan de wijzen van de wereld openbaart zich God maar aan deze eenvoudige mannen van het veld. Zij onderscheidden zich ook van de theologische orde van die tijd. Zij waren vroom, dat wil zeggen zij eerbiedigden en geloofden God. Zij bezaten ook heel concreet, praktsich geloof. Dat kunnen we zien in de manier waarop zij reageerden op de boodschap. Zij spraken met elkaar over de zaak die zij gehoord hadden en verwezen het niet tot het land van de fabels, zoals veel ‘theologen’ vandaag vaak doen als zij iets horen wat niet door hen verklaard kan worden. Nee, deze mannen onderkenden dat de Heer hun iets bekend gemaakt had. Dat onderscheid hadden zij en daarvoor is geloof in God nodig. Dit geloof zette hen aan om te gaan kijken in Bethlehem. En wel heel snel. Zij laten er geen gras over groeien. Er werd niet eerst een discussieronde op touw gezet. Ook werd er geen conferentie over gehouden of iets anders van die aard. Nee … “zij kwamen haastig en vonden Maria en Jozef, en het kindje, liggend in de kribbe” (vers 16). Zij kregen deel aan deze grote blijdschap waarvan de engel gesproken had, omdat zij als herders tevreden waren met hun nederige positie. In de stilte van het veld en achter de schapen hadden zij lessen geleerd van God en kon God hun ook door wat zij hier meemaakten Hem openbaren die geboren was.

Het waren niet de zoete “herderkens” die lagen bij nachte, maar het waren de eenvoudige herders aan wie God door middel van Zijn engel de heerlijke boodschap overbracht. Zij mochten zien dat God Zijn belofte heeft vervuld dat Hij in deze wereld gekomen is als een kind in de kribbe. “Het kleinste en geringste dat denkbaar is”, zo schreef iemand. Zo is God geopenbaard in het vlees. Wonder van God kenbaar gemaakt aan eenvoudige zielen, de herders. Zij waren zo onder de indruk, dat zij niet konden zwijgen van wat hun over dit Kind verteld was door de engel. Zij vertelden het overal rond, hetgeen bij allen verwondering opwekte. Ja, zo gaat het altijd. Als God iets doet, wekt dast verwondering op. Maar ook blijdschap. De herders keerden terug terwijl zij God verheerlijkten. Als God onze ogen opent voor Zijn wondere daden en Zijn wonderbare liefde en genade, stromen onze harten over van lof en dank en aanbidding. Dat kan alleen als wij Hem zien, die in Bethlehem geboren was, – maar uit de hemel kwam – en als we op Hem zien die op de meest nederigste wijze plaats nam op de meest verachtelijke plaats, het kruis van Golgotha. Dat niet alleen in deze dagen onze harten overstromen van dankbaarheid maar elke dag opnieuw. We zijn om Hem te verheerlijken niet afhankelijk van de hoogtijdagen van de kerk, maar van onze relatie tot Hem.

Ik hoop dat u nu begrijpt dat deze engelen totaal iets anders voorstellen en zijn, dan men vandaag daarvan wil maken. Engelen aangepast aan de menselijk gedachten en gevoelens zijn niet de “echte” engelen van God die de boodschap van God brachten aan de herders in Bethlehem. Deze herders waren ook niet bezig met de engelen op zich maar met het Kind in de kribbe. En voor ons is het als kinderen van God gelukkig zo dat wij met Hem – onze Heer en Heiland – onze weg mogen gaan en Hem alleen onze noden en zorgen mogen toevertrouwen en zo van Hem alleen kracht, hulp en leiding te ontvangen. Ook in deze donkere dagen waarin wij leven. Wij mogen als kinderen van het Licht wandelen met Hem. Wat een genade, wat een blijdschap, wat een troost!!!

O Lam van God,
als kind kwaamt Gij op aarde;
Gij, Schepper van ‘t heelal,
Gij werd geboren in een stal.
Voor wie daalt Gij, o Heer,
in armoe, dood en graf terneer?
De bruid, U Heer, gegeven,
om steeds met U te leven,
met U te delen ‘t heerlijk loon,
zij bracht U van Gods troon.

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW