Een leven zonder Jezus (1)
De titel van deze artikelen is in- en aangrijpend. Leven zonder de Heer Jezus … dat is pas echt verschrikkelijk en rampzalig. Niet-Christenen halen waarschijnlijk hun schouders hierover op of lachen zich daarom dubbel. Misschien spotten ze er ook wel mee … kan allemaal. Bent u, ben jij ook iemand die zonder de Heer Jezus gaat? STOP, alstublieft en laat u redden van dit verkeerde geslacht waartoe u nu behoort. Dit geslacht waarop ik doel zijn zij die zonder God hun weg gaan, een geslacht dat tot in eeuwigheid het zonder God maar dan ook zonder hoop en zonder liefde van God zal moeten doen. Zonder Hem, de bron van het leven. Wilt u, wil jij nu al niet echt gelukkig zijn, echt bevrijd worden van al die ellende waarmee uw, jouw leven vol is en soms overloopt daarvan? Wil(t) je (u) niet echte liefde, namelijk liefde van God nu al ervaren? Neem dan Jezus Christus aan als uw enige Heer en Verlosser. Erken, belijd uw, jouw schuld aan God en neem de Heer Jezus aan en wordt zo een kind van God. Dan ga je niet aan het onderwerp voorbij, dan wordt Jezus Christus het hoofdonderwerp van uw, jouw leven. En wel tot in eeuwigheid … Kom tot de Heer Jezus, wacht niet langer!!!!
Het onderwerp gemist
Ik herinner mij nog goed een schooltaak, waarbij ik mij erg ingespannen had om een goed cijfer te krijgen. Het resultaat was helaas een vijf. “Onderwerp ontbreekt” – zo was er onder het opstel te lezen. Alle moeite voor niets. Weliswaar mooi en interessant geschreven, maar helaas ging het aan het onderwerp voorbij.
Het in de vijver gegooide opstel is al lang verleden tijd en interesseert niemand meer. Daarover wil ik nu ook niet schrijven. Maar er zijn andere dingen, die belangrijker zijn en waarbij wij het onderwerp niet moeten mislopen. Ik denk aan ons leven. Opstellen schrijft men op school wel veel meer en een vijf kan men weer goedmaken. Maar wanneer God boven ons leven het opschrift zetten moet: “Het onderwerp gemist”, dan heeft dat verstrekkende gevolgen. Ons leven leven wij slechts eenmaal, en dan zouden wij onszelf reeds de vraag moeten stellen, hoe wij tot een zinvol leven komen.
Een jongeman komt tot Jezus
In Markus 10:17-22 wordt bericht over een jongeman die tot Jezus komt. Deze jongeman deed er alle moeite voor om een zinvol leven te leven. Hij was rijk, ijverig en overtuigd alles goed te doen (vers 22 en 20). En toch ging hij uiteindelijk aan het leven voorbij. Hij liet de unieke kans glippen, die zich in de persoon van de Heer Jezus Christus voordeed. De Heer Jezus nodigde hem uit, Hem na te volgen. Hij ging niet op deze uitnodiging in, maar ging treurig weg, omdat hij zich niet van datgene kon (of wilde!) afwenden, wat voor hem belangrijker was.
Aan de hand van dit korte voorval kunnen wij drie lessen voor ons leven leren.
Les 1: Natuurlijke voorrechten tellen bij de Heer Jezus niet
De jongeman kon zich op enkele dingen beroemen. Hij was een trouwe jood, die van zichzelf beweren kon, de wet van zijn jeugd af aan te hebben gehouden. Zonder twijfel stond hire een moreel hoog staand mens voor de Heer Jezus. Daarenboven bewees hij Hem ook eerbied, waaraan het bij vele mensen schort. Toen hij bij de Heer Jezus kwam, viel hij voor Hem op de knieën. Bovendien heeft hij geestelijke interesse en geestelijke behoefte. Hij wilde met de Heer Jezus over eeuwig leven spreken.
Maar er was nog iets, en dat werd tenslotte zijn struikelblok. We lezen: “Hij had vele goederen [bezittingen – vertaler]” (vers 22). We kunnen hier aan geld en rijkdom denken, maar de uitdrukking “goederen” (vermogen) laat ons daar bovenuit aan al datgene denken, wat een mens in zijn leven zich verworven heeft, respectievelijk wat hij bezit. Naast materiële goederen (geld, bezit, enzovoorts) zijn het ook immateriële goederen zoals eer, aanzien, intelligentie, maatschappelijke positie enzovoorts. Al deze dingen – hoewel op zich niet verkeerd – waren de jongeman meer waard dan de Heer Jezus, en daaraan leed hij tenslotte schipbreuk. Hij ging weg, omdat de Heer Jezus hem vroeg deze dingen op te geven en Hem na te volgen.
Ook u, jou en mij vraaagt de Heer Jezus vandaag, wat ons “vermogen” ons waard is. Het gaat hier niet om boze dingen, waarvan wij heel goed weten, dat de Heer Jezus ze niet gebruiken kan. Nee, het gaat om dingen, die op zichzelf zeker prijzenswaardig zijn, maar die in ons leven meer tellen dan de Heer Jezus. Dat kan bijvoorbeeld onze opvoeding of onze beroepscarrière zijn, dat kan menselijke eer en erkenning zijn, dat kunnen sportieve resultaten zijn. Het kunnen echter ook dingen op geestelijk terrein zijn. Wat is de witte boord mij waard, die mijn geloofsgenoten aan mij zien moeten? Zie ik alleen de dienst, die ik bijvoorbeeld onder de jongeren in mijn plaatselijke gemeente doe? Is mijn plaats in het jongerenkoor voor mij het belangrijkste? Al deze dingen kunnen voor ons een hindernis zijn, wanneer zij voor ons belangrijker zijn dan de Heer Jezus. Bij deze jongeman hier was dat zo, en daarom is hij aan het leven voorbij geleefd. Hoe is het bij ons?
Les 2: Aan het kruis van de Heer Jezus scheiden zich de geesten
De Heer Jezus vraagt de jongeman niet alleen om iets op te geven, maar hij moet ook iets op zich nemen, namelijk het kruis. Zal dat nu betekenen, dat wij net zoals de Heer Jezus aan het kruis sterven? Absoluut niet. Het werk aan het kruis deed de Heer Jezus voor ons, daarin kunnen wij Hem niet navolgen. Het kruis van Golgotha staat tussen ons en onze zonden en bevrijdt ons van de schuld van ons leven.
Maar het kruis heeft nog een tweede betekenis. Het regelt niet alleen mijn verhouding tot de zonde, maar ook mijn verhouding tot deze wereld. Daarvan schrijft de apostel Paulus aan de Galaten: “Maar ik wil volstrekt niet roemen dan alleen in het kruis van onze Heer Jezus Christus, door Wie1 voor mij [de] wereld gekruisigd is, en ik voor [de] wereld” (Galaten 6:14). Het kruis van Golgotha toont ons nietsontziend, wat de wereld eigenlijk is. Wie had dan de Heer Jezus aan het kruis gebracht? Het was deze wereld. Bij alle charme, die ons deze wereld vaak (schijnbaaar) te bieden heeft, zouden wij er altijd aan moeten denken, wat de wereld met onze Heiland gedaan heeft. Zij heeft Hem aan het kruis genageld. Meer informatie over het karakter van de wereld hebben we niet nodig.
Wanneer wij het kruis opnemen, dan zijn wij eigenlijk met deze wereld klaar. De wereld is ons gekruisigd, wij hebben met haar afgesloten. Van haar kunnen wij niets meer verwachten. Maar wanneer we eerlijk zijn, moeten we dan niet zeggen, dat het in het dagelijks leven er vaak heel anders uitziet? Wanneer we de oude natuur, die nog in ons is, vrije ruimte laten, dan kan de wereld heel mooi en bekoorlijk voor ons zijn. Daarom moeten wij ook de andere zijde zien. Door het kruis is mij niet alleen de wereld gekruisigd, maar ook ikzelf ben gekruisigd, namelijk voor de wereld. De Romeinenbrief toont ons, dat wij (geestelijk gezien natuurlijk) met de Heer Jezus gestorven zijn (lees Romeinen 6). Dat betekent, dat deze wereld geen aanspraak meer op mij maken kan, wanneer ik in de kracht van het nieuwe leven – dat ik bezit – voortga. Wanneer de verzoeking op ons af komt – en dat is elke dag het geval -, dan denken wij snel eraan, dat wij immers eigenlijk dood zijn, en met een dode vangt niemand meer iets aan.
Het kruis toont ons ook twee dingen:
- Als Christen heb ik niets meer van deze wereld te verwachten. Zij heeft mijn Heiland gedood, wat moet ik daarmee dan nog aanvangen?
- De wereld heeft van mij als Christen ook niets meer te verwachten, want ik ben voor haar dood – met de Heer Jezus gestorven.
Wordt D.V. vervolgd.
Ernst-August Bremischer, © Folge mir nach
Geplaatst in: Evangelie
© Frisse Wateren, FW