3 weken geleden

De waarde van gelovige vrouwen in Gods Woord (11): Maria van Bethanië (a)

21 augustus 2024

 

 

Maria van Bethanië was een vrouw die echt uniek was. Niet in de zin die alleen voor de Heer Jezus geldt. Maar het inzicht, gecombineerd met liefde en toewijding voor de Heer Jezus, vinden we bij geen enkele andere vrouw, of bij geen van de discipelen tijdens het leven van Jezus. Het is de moeite waard om haar als voorbeeld te nemen.

Er is geen twijfel over mogelijk, dat Maria van Bethanië een heel bijzondere persoon, persoonlijkheid, is die we in het Nieuwe Testament aantreffen. Maria van Bethanië wordt genoemd in verband met haar zus Martha. Martha nam de Heer Jezus in huis en ze had een zus, die Maria wordt genoemd in Lukas 10 vers 39, en “die ook aan de voeten van Jezus zat en naar Zijn woord luisterde.” Dit is wat er op indrukwekkende wijze staat geschreven als het openingsvers, om zo te zeggen, over het leven van Maria. Ze was bereid om gewoon de zus van Martha te zijn. Vermoedelijk was Martha iemand die tot dan toe veel meer in de publieke belangstelling stond, die bekender was, misschien wel door haar manier van heel gastvrij zijn en mensen benaderen. Maria lijkt deze manier, deze kundigheid niet te hebben gehad. Ze was de zuster, maar ze zat aan de voeten van Jezus. Met andere woorden, ze had een bewustzijn van Wie de Heer Jezus was.

We kunnen waarschijnlijk geen andere persoon in het leven en de bediening van de Heer Jezus vinden die zo’n kennis had, zo’n inzicht in Wie de Heer Jezus was, wat voor Man Hij was en wat Zijn onderricht inhield. En ze nam de tijd om te luisteren. Interessant is, dat er staat dat ze ook aan de voeten van Jezus zat. Met andere woorden, ze was ook iemand die in het huishouden hielp. Ze liet Martha dus niet al het werk alleen doen. Maar ze zag wel in, dat iets anders ook belangrijk was, iets dat nóg belangrijker was. Zo ging ze, nadat ze haar deel van het werk had gedaan, althans een deel ervan, aan de voeten van Jezus zitten. Ze was zich ervan bewust, dat dit haar plaats was aan de voeten van Jezus. Ze vond zichzelf niet geweldig omdat ze veel begreep, maar ze nam haar plaats in aan de voeten van de Heer Jezus. En als u een zegen wilt zijn als zuster, dan kunt u deze uitspraak onthouden. Ten eerste, wees bereid om een zuster te zijn, niet om iemand bijzonders te zijn.

Dit geldt voor ons allemaal, maar nu vooral voor u als zuster. Wees bereid om gewoon de zus van Martha te zijn, van iemand die misschien bekender is in de buurt, misschien zelfs onder gelovigen. Aan de voeten van Jezus zult u niet in het openbaar bekend zijn. Daar wordt men bekend voor het hart van de Heer Jezus. Doe ook zo uw dienst. Zij ging ook zitten. Weest u ervan bewust dat u niet uw hele leven alleen maar Gods woord kunt lezen. Dat is een belangrijk onderdeel en het kan en moet een belangrijk onderdeel van ons leven zijn. Maar er zijn ook andere dingen die echt belangrijk zijn. En die moeten we doen.

We hebben aardse verantwoordelijkheden. Als u single bent, hebt u ze. Als u een echtgenote bent, hebt u ze in verband met uw echtgenoot. Als u moeder bent, hebt u ze in verband met uw kinderen. Er zijn plichten die u moet vervullen en die heeft Maria ook vervuld. Maar toen nam ze plaats aan de voeten van de Heer Jezus. Dat betekent voor ons vandaag, dat betekent voor u vandaag, dat u het Woord van God leest, dat u het zorgvuldig leest, dat u goede leringen leest die over dit Woord van God zijn opgeschreven door dienaren van de Heer Jezus, dat u ze doorleest, dat u ernaar kijkt en ze ter harte neemt, dat u daar bent waar de gelovigen samenkomen en waar het Woord van God wordt uitgelegd. In de prediking van het Woord, waar de Heer broeders gebruikt om werkelijk het Woord van God te prediken en door te geven. Dat u ook deelneemt aan de conferenties, als dat mogelijk is. Als er kleine kinderen zijn, is dat niet mogelijk. Maar dat u daar bent waar het Woord van God wordt gepredikt, waar het Woord van God in het middelpunt staat. Dat is wat Maria deed. Ze ging aan Zijn voeten zitten en luisterde naar Zijn Woord. Het gaat niet om het woord van de broeders, het gaat om het Woord van de Heer. Alleen als het Woord van de Heer in het middelpunt staat, als de Heer groot wordt gemaakt, dan is het tot zegen en dan is dat uw plaats, dan is dat onze plaats.

Maar dat was het geval met Maria. Zij ging zitten en luisterde naar Zijn Woord. Als wij dat doen, dan hebben we een goede plaats. Martha had het erg druk, zoals we hier lezen, en ze klaagt dat Maria haar niet genoeg helpt. En dan zegt Jezus over Maria: “Maar één ding is nodig; want Maria heeft het goede deel gekozen, dat van haar niet zal worden weggenomen” (Luk. 10:42). Dat is prachtig. Maria heeft een deel gekozen, dat zo waardevol is, dat het niet van haar weggenomen zal worden. Dit is iets dat blijvend is. Wie het Woord van God leest, nee, ik zeg, wie het Woord van de Heer Jezus leest en ernaar luistert, zal het zich eigen maken. Hij heeft een deel, dat nooit zal worden weggenomen, dat altijd zal blijven. Dat de Heer bij ons achterlaat en dat echt met ons meegaat tot zegen, ook bij u. Dit is iets wat uw leven kenmerkt als u het Woord van de Heer op uzelf toepast. Als u echt bewust aan de voeten van de Heer Jezus gaat zitten en uzelf openstelt voor deze zegen. Dat is het enige wat nodig is. We moeten veel dingen doen, maar er is één ding dat we niet over het hoofd mogen zien. U moet het niet over het hoofd zien, ook als zuster, ook al geeft u geen les. Maria heeft nooit onderwezen. Ze heeft nooit een conferentie bijgewoond waar ze anderen zou hebben onderwezen. Dat is volledig in strijd met het Woord van God. Maar als zuster wilt u toch een leven leiden tot eer van de Heer. En inzicht is niet alleen nodig om anderen te onderwijzen, maar is iets waardevols om een leven te leiden, dat de Heer eert.

Maria had dit inzicht, dat de discipelen zo vaak misten. Petrus onderwees veel, ook toen al. Maria deed dat niet, maar Maria eerde de Heer. En wat een plaats kreeg ze in het Woord van God, in dit eeuwige Woord dat eeuwig blijft bestaan. Ook als wij in de hemel zijn, zal dit Woord van God nog bestaan. Daar zullen we nog steeds aan Maria denken. Het zal een indrukwekkende ontmoeting zijn als we haar in de hemel zullen zien. Hier op aarde was ze onopvallend. En natuurlijk zal zij niet in het middelpunt van de belangstelling staan, maar Christus. Wat zij van Christus heeft geleerd, wat zij van Christus heeft getoond, mag ook vandaag indruk op ons maken. Dit is de eerste gelegenheid die we hebben om Maria te leren kennen. En dan komen we haar weer tegen in Johannes 11. Daar staat het opmerkelijk, maar het was een zekere zieke, Lazarus van Bethanië, uit het dorp van Maria en haar zus Martha.

Zojuist zei ik, dat Martha waarschijnlijk bekender was. Nu is intussen Maria natuurlijk bekender. Johannes schrijft 100 jaar, 90 jaar na Christus, dus ongeveer 55, 60 jaar nadat de Heer Jezus was gestorven, niet alleen op deze aarde leefde. En tegen die tijd was natuurlijk bekend geworden wat Maria had gedaan. Het was dus een dorp van Maria. Maar drukt dat niet de waardering uit voor de Heer Jezus? Dit dorp werd gekenmerkt door een persoon, door een zuster. Niet door een man, hoewel Lazarus een indrukwekkende ervaring had, maar het was een dorp, het was een plaats die in de ogen van de Heer gekenmerkt werd door Maria. Door haar houding, door haar instelling, door de wijze waarop ze de Heer Jezus tegemoet trad, het dorp van Maria. Dan staat er in Johannes 11 vers 2, hoewel dit even later in Johannes 12 wordt beschreven: “Maria nu was het die de Heer met balsem heeft gezalfd en Zijn voeten met haar haren afgedroogd, wier broer Lazarus ziek was.” Dat wil zeggen, dat hier van tevoren iets wordt gezegd dat even later komt en dat als het ware het bepalende element is dat de Geest van God ook hier wil voorstellen in verband met deze opwekking van Lazarus. Het is Maria die de Heer heeft gezalfd. We lezen dat niet van de discipelen, we lezen dat niet van anderen. Ja, in Lukas 7 is er een soortgelijke gebeurtenis in een ander verband. Maar hier zien we, dat ze Hem zalfde met balsem. Ze droogde Zijn voeten af met haar haren.

Dat is zo geweldig, dat kon zij doen. In overeenstemming met het Woord van God had ze lange haren. We kunnen waarschijnlijk uitgaan van ongeknipt haar. Ze maakte zich niet zo druk over haar uiterlijk, maar haar lange haar was wat haar onderscheidde. We lezen niet, dat ze er een punt van maakte om speciaal op haar uiterlijk te letten, zoals tegenwoordig vaak het geval is. Gezicht, vingers, vingernagels en ik weet niet wat. Wij lezen hierover niets bij Maria. Bij Maria lezen we over lange haren. We lezen ervan, dat zij kennelijk haar haar niet heeft afgeknipt en daardoor de voeten van de Heer Jezus met haar haar heeft kunnen afdrogen. Dit teken van onderwerping, van gehoorzaamheid, vormde haar leven. En dat was ook uiterlijk zichtbaar. En dan zien we, dat haar plaats thuis was. Vers 20 zegt, dat toen Marta hoorde dat Jezus zou komen, zij Hem tegemoet ging, maar Maria zat in huis. We weten, dat de rouwenden daar waren, maar dit is een plaats die haar zo kenmerkte. Ze stond niet in het openbaar. Ze zocht geen plek in het openbaar, maar ze was tevreden op deze plaats in het verborgen, in huis. Dit is de plaats voor u als zuster. Niet om in het openbaar te zijn, niet om uzelf bekend te maken, zij het op internet of buiten internet, maar om thuis een plaats in de privésfeer te hebben. Dat is waar de Heer u wil gebruiken en dat is waar Hij u kan gebruiken als u Hem eren wilt.

En dan staat er in vers 31 dat Martha Maria riep, toen de Joden die bij haar thuis waren en haar troostten, zagen dat Maria snel opstond en naar buiten ging. Martha had haar namelijk verteld, dat de Heer Jezus haar riep. “De Meester is er en Hij roept je” (Joh. 11:28). We lezen niet, dat Hij dat deed, maar Martha vertelt het aan Maria en dan zien we, dat ze snel opstaat en naar buiten gaat. Dat wil zeggen, ze was een gehoorzame vrouw. Als dat is wat u beweegt, wees dan gehoorzaam en snel. Zoals ze zeggen, gehoorzaamheid en de 3 G’s: “Volledig gehoorzaam, onmiddellijk gehoorzaam, blij om gehoorzaam te zijn.” En dat was bij haar het geval. Ze was onmiddellijk gehoorzaam Ze stond meteen op toen haar werd verteld, dat Jezus haar riep, ze ging meteen op pad om gehoor te geven aan die roep. Wonderbaarlijk, deze gehoorzaamheid die wij bij haar aantreffen, een onmiddellijke gehoorzaamheid, een volledige gehoorzaamheid. Een gehoorzaamheid die ze graag uitgevoerd heeft.

En wat lezen we in vers 32? “Toen Maria dan kwam waar Jezus was, zag zij Hem, viel aan Zijn voeten en zei tot Hem … .” Haar plaats is weer aan de voeten van de Heer Jezus. Het is geweldig, dat ze wist naar Wie zij ging. Ze kende de Heer Jezus, ze had van Hem geleerd. En nu komt ze niet als een leerling, nu komt ze als iemand die tot Hem smeekt. Maar aan Zijn voeten. Ze was zich ervan bewust, dat dit de plaats was. Ik ben niet Zijn gelijke. Ik ben iemand die van Hem leert en die, als zij hulp verwacht, weet dat ze dat alleen in nederigheid kan doen. Als u dat leert, leer dan eerst van de Heer Jezus, door Zijn Woord, door de gaven die de Heer ook aan de gemeente heeft gegeven.

En als u iemand bent die tot Hem bidt, die gekenmerkt wordt door gebed, die in dit opzicht ook aan Zijn voeten neervalt. En zij zei tot hem: “Heer, als U hier geweest was, zou mijn broer niet gestorven zijn” (vs. 32) Dit is precies wat Martha ook zei. Maar daar stopt Maria. Dat is trouwens de enige zin die we van haar horen. We horen niets van leerstellingen, we horen niets van grote woorden. Dit is dit enige wat ze zegt. Zit hier een bepaalde beschuldiging in? Ze was zich er in ieder geval van bewust, dat als de Heer Jezus er was geweest, dit nooit zou zijn gebeurd. In de tegenwoordigheid van de Heer Jezus vinden we niet, dat een mens gestorven is. Behalve Hijzelf later. En Maria was zich daarvan bewust. Ze was zich ervan bewust, dat Zijn uitstraling eerder de bron van het leven was, dat dit onmogelijk hand in hand kon gaan met iemand die in Zijn aanwezigheid stierf. Maar meer zegt ze niet. Ze giet geen woorden over Hem uit, geen suggesties over wat Hij nu zou kunnen doen, wat Hij nu zou moeten doen, maar ze stort gewoon haar hart voor hem uit.

Als zuster mag u dat ook doen. Misschien hebt u geen broer omdat u single bent, of geen andere zuster bij wie u uw hart kunt luchten. Als vrouw kunt u natuurlijk hopelijk uw gevoelens met uw man delen. Maar er is er maar Eén, Die alle gevoelens en alle medeleven voor u kan en zal hebben. En met dit in gedachten kunt u naar de Heer gaan, u kunt uw hele hart bij Hem uitstorten en Hem alles vertellen. En het is heel indrukwekkend, dat nu Maria naar Hem toe komt, de Heer Jezus dit wonder begint te doen. Toen Jezus haar en de Joden zag wenen, zag Jezus hun tranen. En u mag weten, dat de Heer Jezus u ziet. Jezus ziet ook uw tranen. En nu zien we in vers 35, dat Jezus volledig medegevoel heeft. Het gaat mij nu niet om het onderwijs uit deze passage uit Johannes 11. Maar we zien hier het wonderbaarlijke, volledige medegevoel, dat Jezus voor Maria heeft. En dat kan u ook raken. De Heer Jezus kent uw levenssituatie. Hij heeft volledig inlevingsvermogen. En wanneer u uw plaats inneemt, wanneer u werkelijk aan de voeten van de Heer Jezus bent, zult u dit ervaren. Dan zult u ervaren, dat de Heer u nooit in de steek zal laten, zowel met een gezin als zonder. Er is Iemand die volledig met u meeleeft en die u zal helpen, net zoals Hij dat ook met Maria gedaan heeft.

 

Manuel Seibel; © www.bibelpraxis.de

Geplaatst in:
© Frisse Wateren, FW