Hoofdstuk X
Beste cursist(e),
Ook uit dit hoofdstuk willen we een paar dingen, uit het leven van Daniël, naar voren halen. Dingen, waarin hij voor ons een voorbeeld was. Neem bijvoorbeeld vers 3. Op het eerste gezicht denken we misschien: wat kunnen we daar nou van leren. Maar lees het eens rustig en aandachtig. Daniël vastte hier. Vasten!? Moeten wij dat dan ook doen?
Wat is vasten eigenlijk? Eten en drinken laten staan? Vasten is je iets ontzeggen (wat je graag wilt hebben of doen) terwille van de Heer. Bijvoorbeeld: een keer niet eten, maar het kan ook iets heel anders zijn. Zoals: dit jaar geen nieuwe auto kopen. Geen drie, maar twee weken op vakantie gaan, of juist helemaal niet. En dan die tijd of dat geld besteden voor de Heer. Bijvoorbeeld voor zendings- of evangelisatiewerk.
Maar, wat heel belangrijk is, onze tijdsbesteding: minder tijd voor de krant en dergelijke, om persoonlijk met de Heer en Zijn Woord bezig te kunnen zijn en te bidden. Tijdens dat vasten is dus ons hele doen en laten, onze hele aandacht alleen op de Heer gericht.
Daniël deed dit ook. Hij was zo ontdaan over alles wat de Heer hem had laten zien en hij wilde graag de betekenis weten, zodat hij vastte. Hij hield zich alleen bezig met de Heer. In de Bijbel zien we dat vasten vaak gebeurde, als er belangrijke beslissingen voor de Heer genomen werden.
Vraag 1. Lees eerst Handelingen 14:23 en Markus 9:29. We zien dan, dat vasten vaak samengaat met
………………………………………………………………………………………………………………………..
Daniël bleef volharden in zijn geloof, ook al leek het lang te duren voor hij antwoord van de Heer kreeg.
Vraag 2. Wat staat er in de laatste regel van Psalm 4:4?
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
Die belofte geldt ook voor ons. De Heer hoort ons als wij bidden. En de Heer VERhoort ons ook!
Vraag 3. Ook David wist dit! Hoe zegt hij dat in Psalm 38:16?
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
Maar …, wij hebben vaak zo weinig geduld. Wij bidden wel om iets maar, onbewust, zeggen we God ook hoe Hij moet antwoorden. Wij menen vaak dat wij wel weten hoe iets opgelost moet worden. En als het niet gaat zoals wijzelf gedacht hadden, dan worden we soms opstandig.
In Jesaja 55:8 lezen we: “… Mijn gedachten zijn niet uw gedachten, en uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt de HEERE”. Als we 1 Johannes 5:14 lezen, dan weten we ook wanneer de Heer ons gebed verhoort.
Vraag 4. Wanneer is dat?
………………………………………………………………………………………………………………………..
De Heer heeft het beste met ons voor. Hij alleen weet wat goed voor ons is en dat geeft hij ons. Laten wij Hem daar meer in vertrouwen! Lees Mattheüs 7:7-11.
Vraag 5. Schrijf de prachtige belofte van de Heer uit dit gedeelte van Mattheüs op. Daniël moest dus langere tijd wachten. In vers 13 lezen we waarom de “Man met linnen bekleed” (vers 5) niet eerder kwam.
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
Vraag 6. Waarom duurde het 21 dagen?
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
Er was dus strijd geweest. De aartsengel Michaël had meegestreden (ook in Openbaring 12:7 zien we hem tegen satan strijden).
In Hebreeën 1:14 lezen we ook over engelen. Zij zijn “dienende geesten, die tot dienst uitgezonden worden ter wille van hen, die de behoudenis zullen beërven”.
Daarvan zagen we dus hier bij Daniël een voorbeeld. Ook nu zien we, evenals in voorgaande lessen, dat satan tegen (dienstknechten van) de Heer streed. Hij probeerde de uitvoering van Gods plannen tegen te houden.
In de Bijbel vinden we verschillende benamingen van satan, zoals: “de overste van de macht van de lucht” (Efeze 2:2), of “de god van deze eeuw” (2 Korinthe 4:4) of “de overste van de wereld” (Johannes 14:30). Uit deze namen blijkt wel dat hij erg machtig is. Maar, wij mogen weten dat satan overwonnen is. Zijn macht is beperkt, God heeft hem grenzen gesteld. God is machtiger dan satan met al zijn engelen. Ook vandaag de dag probeert satan de gelovigen aan te vallen. We lezen daarvan in Efeze 6:10-18.
Vraag 7. Hoe kunnen wij standhouden tegen satan?
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
Ook dan is ons gebed een van de belangrijkste ‘schilden’ tegen satan. Dat lazen we immers in het achttiende vers. We mogen de Heer om kracht vragen om ons staande te houden. De Heer Jezus heeft Zelf voor Zijn discipelen en ons gebeden (Johannes 17:15) toen Hij hier op aarde was. En ook nu bidt Hij nog voor ons (zie ook: Hebreeën 7:25 en Romeinen 8:34b).
Jezus bidt nu voor de Zijnen;
door ‘t geloof zien wij op Hem;
Nu kan alle zorg verdwijnen,
want de Vader hoort Zijn Stem.
Naar de Hemel opgevaren.
als Verwinnaar uit de strijd,
doet Hij elke storm bedaren.
geeft ons rust in eeuwigheid.
Nooit wordt Hij het bidden moede
voor Zijn duurgekochte schaar.
Altijd leidt hij huur ten goede,
zelfs door moeite en door gevaar.
Ja, nu mag de vijand woeden,
Jezus is ter hulp gereed;
Zijn gebed versterkt de moeden;
Hij verstaat ons harteleed.
Vraag 8. Hoe wordt de Heer Jezus genoemd in 1 Johannes 2:1?
………………………………………………………………………………………………………………………..
Wat een heerlijke zekerheid om dat te weten! Gods Woord staat vol met beloften voor ons, waardoor we moedig verder mogen gaan. Zonder angst en beven.
Vraag 9. Daarvan lezen we in Hebreeën 13:6. Wilt u hier die tekst opschrijven.
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………………………..
Tegen Daniël werd gezegd: “Vrees niet, vrede zij u, wees sterk …” (vers 19) en hij kreeg kracht. Onze kracht is ook van de Heer: “Het is God, Die mij met kracht omgordt” (Psalm l8:33) en “Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en in eeuwigheid” (Hebreeën 13:8).
Vraag 10. Hij is Overwinnaar en geeft Zijn vrede in ons hart! Hem zij de eer! Lees nu Johannes 16:33 en vul dan in:
“……….. …… ….. …… …. ………………….. opdat gij in Mij ……………….. hebt.
In de wereld hebt gij verdrukking hebben, maar ………………………………………………………..,
Ik heb de ………………….. ……………………………….”.
Ziezo, dit was al les 10. Ga door en ervaar hoe genadig de Heer is.
Heel hartelijke groet in Hem die onze ziel bemint.
Geplaatst in: Bijbelcursussen
© Frisse Wateren, FW