Van het kerkelijk erf
In een artikel in een kerkelijk blad schreef een predikant in zijn vaste rubriek “Bij de achterdeur” begin 2015 het volgende artikel. Dit schreef hij naar aanleiding van Psalm 90 vers 12: “Leer ons zó onze dagen tellen, dat wij een wijs hart verkrijgen”.
Het nieuwe jaar is al weer enkele weken oud en alles gaat alweer zijn gewone gang. Van harte wens ik u allen vanaf deze plek veel heil en zegen toe voor 2015.
Eeuwen geleden heeft een wijs man eens geschreven dat het goed is de dagen te tellen1. Nee, niet om af te tellen maar om elke dag te bedenken dat je leven niet in je eigen hand ligt. Dan word je niet eigenwijs maar juist wijs. Volgens de berichten is het met oud en nieuw redelijk rustig verlopen. Er is, zoals gebruikelijk, weer voor miljoenen de lucht in gegaan. Daar kun je over klagen, maar daar wordt het niets anders van. Altijd vallen weer slachtoffers, het mag het ene jaar wat meer en het andere jaar minder zijn, maar toch altijd weer slachtoffers. Elk slachtoffer is er één te veel. Oogartsen en plastische chirurgen hebben een dringende oproep gedaan het knallen geheel te verbieden. Dan kunnen de regels strenger worden, maar als er geen handhaving is, lost het niets op. Per slot van rekening kun je niet op elke hoek van de straat een diender neerzetten. Een beroep doen op het nuchter verstand is ook al moeilijk, want in hoeverre kun je nog spreken van nuchter verstand als het in de flarden van alcoholnevel gehuld is?
Het probleem van de jaarwisseling is een algemeen probleem. Er moet namelijk altijd meer. Een knal is nooit hard genoeg. Het oude carbidblikje van vroeger knalt natuurlijk lang niet hard genoeg en een rotje is kinderwerk. Altijd meer, groter, nog dikkere knallen. Alles moet mega en giga, zeggen we dan. Dat is niet alleen met oudjaar zo. De ouderwetse speeltuin van vroeger heeft afgedaan. Kijk maar hoeveel moeite pretparken moeten doen om het steeds spannender te maken. Steeds hoger, steeds gekker, steeds meer de grenzen opzoeken, zelfs tot voorbij het nuchtere verstand en dan heb je in de regel de poppen aan het dansen. Dan moet de put weer gedempt worden als het zoveelste kalf al verdronken is. Achter de feiten aan huppelen noemen we zoiets, of dweilen met de kraan open. Soms breekt het nuchtere verstand ook verrassend door. Kijk maar eens naar de in deze maand te houden of gehouden nieuwjaarsrecepties van de burgerlijke gemeente. Dat geld komt allemaal uit de grote pot, dus gemeenschapsgeld, een eurootje meer of minder is geen probleem. In Den Haag en Almere jagen ze er op zo’n receptie 75 tot 80 duizend euro door. Voor een glaasje sinaasappel-schilwater met een klein toastje een dure aangelegenheid. In de gemeente Alphen staat de gemeenteraad zelf achter de tapkast en dat scheelt nogal een grijpstuiver. Daar kost hetzelfde feest 1500 euro. Nou komt daar natuurlijk minder volk dan in het chique Den Haag of Almere, maar toch … Kleinigheden zult u zeggen, maar het geeft het nodige aan. Waar het nuchtere verstand regeert kun je een hele hoop bereiken op allerhande terrein. Eerst eens tot tien tellen. Dat scheelt een slok op een borrel.
Ik ben deze kolommen begonnen met een aanhaling van Mozes, de onvermoeide dominee uit het Oude Testament, die zijn volk leerde tellen dat elke dag een geschenk is uit de hemel en dat je je daarom mag bedenken hoe je die dagen vult, jaar in jaar uit. Dat tellen heeft dus ook met verantwoording te maken hoe een mens met de dingen omgaat die hem gegeven worden, of op zijn levenspad komen. Dat gaat zelfs nog een takje dieper dan het nuchtere verstand. Dat is dan ook de diepste ondertoon in de wat ouderwetse aandoende nieuwjaarswens, waarin we elkaar heil en zegen toewensen. Heil komt altijd nog van helen, gezond maken, van redding en gered worden en een christenmens weet ook als geen ander dat je weliswaar ingeschakeld wordt om dat heil door te geven maar de oorsprong daarvan ligt duidelijk ergens anders. Waar die oorsprong in nevelen raakt, verwildert het volk. Het resultaat is helaas alom. Heil en zegen horen bij elkaar, vanuit dat heil vloeit de zegen en dat is nog heel wat anders dan de jackpot kraken van zoveel ton. Daar wordt het geluk niet groter van. De zegen is dan ook dat je in dankbaarheid je dagen telt en leven mag onder een open hemel die gelukkig niet van koper is, ook in 2015!
Ds. T.J. Oldenhuis, Emlichheim
Geplaatst in: Christendom
© Frisse Wateren, FW